Belastingdienst in ongelijk gesteld door rechtbank

Belastingdienst in ongelijk gesteld door rechtbank

Autobedrijf Bert Kramer werd door de belastingdienst verdacht van miljoenenfraude bij de import van ruim tweeduizend occasions.

Rechtbank veegt bpm naheffing belastingdienst van tafel

Rechtbank veegt miljoenen bpm-naheffing van tafel

De rechtbank Noord-Nederland heeft een naheffing van 4,2 miljoen euro ongegrond verklaard. De naheffing was in 2013 door de Belastingdienst opgelegd aan autobedrijf Bert Kramer. De rechter verwierp echter de argumenten van de Belastingdienst. Uiteindelijk schikten beide partijen voor 75 duizend euro. Dat blijkt uit de uitspraak, die eerder deze maand is gedaan.

In 2013 werd een inval gedaan bij het Groningse autobedrijf. Daarna volgde zowel een strafrechtelijke als civiele procedure. In de strafrechtelijk procedure werd Bert Kramer veroordeeld tot een celstraf van dertig maanden. In deze zaak loopt nu hoger beroep.
De Belastingdienst legde een naheffing op van 4,2 miljoen euro. In deze procedure werd Kramer wel in het gelijk gesteld. In de civiele zaak controleerde de Fiod bij 66 van de 2.341 door Bert Kramer geïmporteerde auto’s de bpm-aangifte.
Op basis daarvan concludeerde de dienst dat er ruim 200 duizend euro te weinig aan bpm was afgedragen, gemiddeld drieduizend euro per auto. Vervolgens heeft de Belastingdienst dat bedrag geëxtrapoleerd en met een correctiefactor van 0,6 vermenigvuldigd.

Geen schuldbekentenis

De rechtbank stelt in het vonnis dat deze extrapolatie echter niet zomaar kan worden uitgevoerd, omdat het individuele objecten betreft. “De inspecteur moet dus voor elke personenauto aannemelijk maken dat zowel absoluut als relatief aanzienlijk te weinig bpm is voldaan”, staat er in het vonnis. De rechtbank stelde daarbij dat voor de 66 beoordeelde auto’s geldt dat er nooit voor meer dan 120 duizend euro (200 duizend euro x 0,6 correctiefactor) aan naheffing opgelegd kan worden. Daarna besloten beide partijen om te schikken voor 75 duizend euro.

“Dit bedrag is tot stand gekomen op proces economische belangen. Ofwel, het werd tijd om deze zaak te sluiten.”

Van een schuldbekentenis is echter geen sprake, aldus Kramer. “Dit bedrag is tot stand gekomen op proces economische belangen”, zegt hij in een reactie. “Ofwel, het werd tijd om deze zaak te sluiten.” Volgens Kramer is het zijn eerlijkheid geweest, die de Belastingdienst heeft getriggerd de Fiod in te schakelen. “Ik heb toegegeven dat er zaken wellicht anders hadden gemoeten. Op basis daarvan dacht de Belastingdienst met een megazaak van te doen hebben, wat volstrekt niet het geval is. In de praktijk is bpm-aangifte echter nog steeds geen exacte wetenschap, dat heb ik vaak genoeg geprobeerd uit te leggen.”

De Belastingdienst kan ondanks de schikking nog wel beroep aantekenen.

 

Categories: